Operatie van de voorste kruisband

Als is vastgesteld dat de voorste kruisband gescheurd is, kan besloten worden te opereren. Tijdens deze operatie wordt een nieuwe kruisband in de knie gezet. Deze operatie komt veelvuldig voor, voornamelijk bij sporters.

Anatomie

De voorste kruisband is een sterke band in het kniegewricht. Deze kan door een trauma of val scheuren. Zie voorste kruisband. De kruisband zit midden in de knie en zorgt voor stabiliteit in het kniegewricht. De kruisband bestaat uit twee bundels. Als beide bundels scheuren, is er sprake van een volledige kruisbandruptuur. Bij gedeeltelijke scheuring spreken we van partiële kruisbandruptuur. De voorste kruisband heeft een belangrijke functie in de stabiliteit van de knie. Toch is het mogelijk om zonder voorste kruisband een goede stabiliteit van de knie te behouden. Om die reden worden ook niet alle gescheurde kruisbanden geopereerd.

Wanneer wordt een voorste kruisband operatie uitgevoerd

Meestal wordt met  een MRI scan vastgesteld welk letsel in de knie aanwezig is. Dit is bepalend voor de behandeling van het letsel. Vaak wordt een combinatieletsel van de voorste kruisband met meniscus of een bandletsel gezien. In deze gevallen wordt eerst de meniscus en/of de band hersteld en pas daarna de kruisband.

Een gescheurde voorste kruisband geneest niet meer. Als de knie instabiel blijft, is opereren de enige oplossing. Als de knie wel een goede stabiliteit heeft, en de sportactiviteiten kunnen uitgevoerd worden zonder ‘door de knie te gaan’, wordt niet geopereerd. Om die reden wordt meestal eerst gestart met fysiotherapie en bekeken wat haalbaar is zonder operatie. Als blijkt dat ondanks trainen instabiliteitsklachten blijven bestaan, kan de orthopedisch chirurg de voorste kruisband alsnog vervangen.

De operatie

De ingreep bestaat doorgaans uit een kijkoperatie. Een operatie van de voorste kruisband wordt ook wel ‘voorste kruisband reconstructie’ genoemd. Dit komt omdat er een nieuwe kruisband in de knie gezet wordt. Deze nieuwe kruisband is meestal afkomstig van de eigen hamstringspees, al kan het ook een gedeelte van de bovenbeenpees zijn. Het weghalen van deze pezen kan geen kwaad omdat andere pezen de functie overnemen.

Voor de hamstringstechniek worden twee pezen gebruikt van de hamstrings. Voor het verwijderen van deze pezen wordt een klein sneetje gemaakt. De pezen worden volledig verwijderd. Daarna worden ze dubbelvouwen waardoor er een bundel ontstaat van vier pezen.

Voor de techniek waarbij de kniepees gebruikt wordt, blijft er een klein stukje bot van de knieschijf en het onderbeen aan de verwijderde kniepees zitten. Hierdoor kan de pees goed ingroeien in de voorgeboorde gaten op de plaats waar de voorste kruisband komt te zitten.

Het vastzetten van de nieuwe kruisband gebeurt met schroeven in het dijbeen en scheenbeen. De positie en lengte van de reconstructie bepaalt voor het grootste gedeelte het eindresultaat van de functie van de knie.

De operatie wordt uitgevoerd onder plaatselijke verdoving of algehele narcose. Een plaatselijke verdoving wordt vaak gecombineerd met een slaapmiddel zodat de patiënt niets merkt van de operatie.

De operatie duurt ongeveer een uur. Soms kan de patiënt dezelfde dag nog naar huis, vaker blijft de patiënt de nacht na de operatie in het ziekenhuis. Zorg daarna wel voor vervoer naar huis want het is dan nog niet mogelijk om zelfstandig te rijden.

Na de operatie

De knie is na de operatie erg dik en pijnlijk. Daarvoor krijgt de patiënt medicijnen mee. De eerste weken na de operatie wordt gebruik gemaakt van krukken om te kunnen lopen. Het been mag belast worden zolang dat geen pijn doet. De druk op het been kan langzaam worden opgebouwd.

De fysiotherapeut zorgt voor begeleiding na de operatie. De nieuwe pezen moeten nog ingroeien. Dit kost enkele weken. Daarom is in het begin voorzichtigheid geboden om vallen of zware belasting te voorkomen. Dit duurt zes tot acht weken.

Resultaten

Hoe lang de revalidatie duurt en wat het resultaat is, is van meerdere factoren afhankelijk. In de meeste gevallen is het eindresultaat goed tot zeer goed te noemen. Factoren die van invloed zijn op het herstel:

  • De operatie (lengte en positite van de nieuwe kruisband).
  • Slijtage in de knie.
  • Ander letsel in de knie.
  • Fitheid van de patiënt.
  • Oefenbereidheid van de patiënt.

Een correcte reconstructie van de voorste kruisband is het belangrijkste. Daarnaast speelt slijtage van het kraakbeen, of beschadigingen aan het bot, een grote rol. Dit kan al aanwezig zijn of ontstaan door het trauma. Ander letsel in de knie hoeft geen beperkende factor te zijn, mits dit goed behandeld wordt.

Dit zijn factoren waarop de patiënt weinig invloed kan uitoefenen. Dat kan wel degelijk met algehele fitheid en oefenbereidheid van de patiënt. Daarmee is veel winst te behalen.

Adviezen voor thuis

Belangrijk is de fysiotherapeut zo snel mogelijk in te schakelen. Bij voorkeur al voor de operatie. De fysiotherapeut kan dan de knie al zien en adviezen geven.

Zoals beschreven duurt het zes tot acht weken voor de nieuwe kruisband is vastgegroeid. In deze periode mag geoefend worden al is voorzichtigheid geboden. Oefenen kan in de praktijk van de fysiotherapeut en thuis aan de hand van oefeningen die de therapeut meegeeft.

Het moment waarop activiteiten of werkzaamheden kunnen worden hervat, is voor iedereen verschillend. De fysiotherapeut zal dat aangeven. Uiteraard is dat ook afhankelijk van de aard van de werkzaamheden. Vaak mag autorijden tussen de drie en zes weken en dat geldt ook voor zittende werkzaamheden. Lichte werkzaamheden kunnen doorgaans na zes weken, zware lichamelijke werkzaamheden pas na drie maanden. Deze richtlijnen en niet leidend, ze geven een indruk van de duur van de revalidatie.